Op zoek naar de monnik in mijzelf
Blijde boodschap

James Alison geeft al jarenlang cursussen in het christelijke geloof aan volwassenen. Zijn doel hiermee is niet om onderwijs te geven of bijbelse kennis of kerkelijke doctrines over te dragen (instructie), maar om mensen geleidelijk steeds verder in te voeren (inductie) in het besef, dat je veel geliefder bent dan je ooit had gedacht. God roept ons tot een omgang met elkaar waarin liefde de drijvende kracht is en niet het mechanisme van de zondebok. In 2013 heeft Alison zijn cursus uitgegeven in de vorm van vier boeken en enkele dvd's onder de titel Jesus the Forgiving Victim; Listening for the Unheard Voice. Geïnspireerd door Girard geeft hij hierin een heel andere en bevrijdende kijk op de fundamentele boodschap van het christendom dan met name orthodox-protestantse en streng-katholieke stromingen uitdragen. Niet God als opperrechter die ons, zondebokken, de maat neemt met gevoelens van schuld en boete als resultaat. Alison legt het christendom aan de hand van de bijbel open als een daadwerkelijk blijde boodschap. Ik wil een stukje hiervan graag met jullie delen door een passage uit de cursus van Alison te vertalen. Het zijn de slotwoorden van een paragraaf waarin Alison twee teksten van Paulus bespreekt, die altijd worden aangehaald in discussies over Christus' offer aan het kruis (2 Korintiërs 5: 18-21 en Romeinen 3: 21-26). Alison bespreekt de teksten en concludeert:
"In beide teksten is het echt alsof Paulus wil benadrukken dan God grote moeite heeft om ons duidelijk te maken, dat hij fundamenteel goed is en vóór ons en dat Hij deze manier nodig had om ons te laten zien dat Hij vóór ons is, ons werkelijk aardig vindt en van ons houdt en aan onze zijde wil staan. Hij zegt: 'Ik wil geen spelletje met jullie spelen. Ik weet dat jullie lichtgeraakt zijn en de enige manier waarop ik aan jullie duidelijk kan maken dat ik je aardig vind, is door de beroerdste positie in te nemen die jullie kunnen bedenken: een plek waarvan jullie denken dat ik daar bij voorkeur mensen neerzet. Dat is niet zo. Jullie zijn degenen die mensen daar plaatsen: jullie op zijn slechtst. Ik zal die ruimte innemen om jullie te laten zien, dat ik er niet op uit ben om je te grazen te nemen; dat ik jullie echt aardig vind. Op het moment dat je dat inziet, dan kun je ontspannen en vertrouwen op mijn goedheid. Dan hoef je niet langer bezig te zijn met die afschuwelijke gewoonte om jezelf goed te voelen ten koste van een ander of in vergelijking met een ander. In plaats daarvan kun je ontspannen in het besef dat je goed bent en als je ontspant dan zul je merken dat je iets veel beters wordt, veel rijker in menselijkheid dan jij je kunt voorstellen.'"